Leraren zaten de laatste week weer in de pre-examendrukte:
zorgen dat de laatste stukjes leerstof gezien zijn, dat de laatste taken en
toetsen verbeterd zijn om de rapporten dagelijks werk te kunnen opstellen en
natuurlijk nieuwe examens maken.
Gelukkig zit ik in goeddraaiende vakgroepen met hardwerkende
collega’s die de taken mooi verdelen waardoor mijn bijdrage aan de examens deze
keer eerder beperkt is gebleven. Waarvoor dank, Sofie en Jan!
Dit weekend was dan ook één van die zeldzame waarop ik tot
de conclusie kwam dat ik eigenlijk nauwelijks schoolwerk had. Tijd dus om de
boeken die ik begin november in huis had gehaald, maar niet gelezen kreeg, weer
ter hand te nemen.
Wat zou het worden? ‘Het Puttertje’ van Donna Tartt of ‘Post voor Mevrouw Bromley’ van Stefaan Brijs?
Het was moeilijk kiezen. Ik heb het debuut ‘De verborgen geschiedenis’ van Donna Tartt jaren geleden gelezen - neen verslonden - herverslonden en nog
eens gelezen. Ik kon er niet genoeg van krijgen. Het verhaal begint met de
vondst van een lijk. De ik-verteller bekent onmiddellijk dat hij bij de moord
betrokken is. De lezer wordt ondergedompeld in de wereld van een groepje
studenten aan een kleine universiteit in Vermont. Ze studeren er klassieke
talen en discussiëren over Griekse teksten en morele dilemma’s. Langzaamaan
komt de lezer te weten hoe het groepje ertoe kwam een medestudent om het leven
te brengen. Geen whodunit, wel een whydunit, dixit Tartt.
In de herfstvakantie heb ik dan van ‘Het puttertje’ het
eerste hoofdstuk gelezen. Het boek neemt een overrompelende start: tijdens een
bezoek aan een museum verliest een jongetje uit New York zijn moeder bij een
aanslag die hijzelf op wonderbaarlijke wijze overleeft. Meer heb ik niet
gelezen. Niet omdat het boek niet boeide, integendeel, maar omdat het
schoolwerk net wat harder om mijn aandacht schreeuwde.
Van Stefaan Brijs had ik nog niets gelezen. Hoog tijd dus om
mijn schade in te halen. En daarom werd het ‘Post voor mevrouw Bromley’.
Ik ben niet helemaal eerlijk als ik zeg dat ik van Brijs nog niets gelezen heb. Begin
2012 reageerde ik namelijk op een oproep van ‘Klasse voor Leraren’. Er werden
vrijwilligers gezocht die in diverse studio’s in Vlaanderen boeken wilden inlezen om er
DAISY-boeken van te maken. Ik maakte een afspraak met Transkript in Leuven en mocht enkele dagen later een stemproef komen afleggen. Eén van de vier
teksten die ik moest lezen was een fragment uit ‘Post voor mevrouw Bromley’.
Het was wellicht de gemakkelijkste tekst van de vier: degelijke zinnen, niet te
kort en niet te lang, een beheerste doch vloeiende stijl en bovenal boeiend. Op
amper één bladzijde kwamen de personages al tot leven.
Blijkbaar vond de stemmencommissie dat ik voldeed, en zo
komt het dat ik zo goed als wekelijks bij Transkript boeken ga inlezen. Ik wou
het vooral doen omdat ik merk dat mijn dyslectische leerlingen te weinig lezen.
Misschien kan een DAISY-boek hen verleiden zich toch te verdiepen in historisch
romans, poëzie of spannende thrillers? Ze missen hele werelden als ze niet
lezen…
Toch wil ik er niet voor pleiten dat mijn dyslectische
leerlingen alleen maar DAISY-boeken beluisteren. Nog geen twee weken geleden
verscheen namelijk een artikel in de pers over de invloed van voorleessoftware op de leesontwikkeling van dyslectische kinderen. Het gaat hier wel niet specifiek over DAISY-boeken, eerder over software als
Sprint en Kurzweill. Onderzoekers menen dat het laten horen van nieuwe woorden door
middel van die software een negatief effect heeft op het onthouden van nieuwe
woorden, omdat de lezertjes de woorden dan niet zelf actief moet decoderen.
Bovendien is uit eerder onderzoek al gebleken dat letter voor letter een woord
verklanken cruciaal is voor het memoriseren van het letterbeeld waaruit een
woord is opgebouwd. Daarom bevelen de onderzoekers nu aan om die software
enkel te
gebruiken nadat de leesontwikkeling bij kinderen grotendeels voltooid is.
Zwakke lezertjes wordt afgeraden voorleessoftware in de basisschool te
gebruiken, leesvaardigheid ontwikkelt zich namelijk tot het veertiende jaar.
Volgens de wetenschappers is het enorm belangrijk dat dyslectici zo veel
mogelijk actief bezig zijn met lezen om hun leesvaardigheid bij te schaven.
Kortom, wat je eigenlijk met je ellebogen aanvoelt, is nu ook wetenschappelijk
aangetoond.
En toch blijf ik DAISY-boeken inlezen, ook voor jongeren. Want
een kind dat een uur lang heeft zitten zwoegen op één hoofdstuk van - laat ons
zeggen - tien bladzijden, mag dan toch als beloning lekker onder de wol kruipen
met een DAISY-boek om daar in een half uurtje de drie of vier volgende
hoofdstukken te beluisteren. Nietwaar?
Dag Goele,
BeantwoordenVerwijderenWelk boek is het geworden? Ik heb genoten van Post voor Mevrouw Bromley! Het puttertje staat op mijn lijstje. Ik heb net Feest van het begin van Joke Van Leeuwen gelezen, ook een absolute aanrader! Misschien iets voor de kerstvakantie?
Wat wij aanraden voor kinderen, is dat ze luisteren en lezen tegelijk. Een groot voordeel van Daisy-boeken is dat je ze trager kan laten afspelen zodat kinderen meer tijd krijgen om mee te volgen met de gewone letters en woorden. Blijven oefenen is inderdaad belangrijk.
Tot slot: Als Luisterpunt vinden wij het super dat mensen hun vrije tijd besteden aan het inlezen van boeken voor mensen die geen gewone, gedrukte boeken kunnen lezen. Respect! En grote dank!
't Is 'Post voor Mevrouw Bromley' geworden. Ik geniet nog na...
BeantwoordenVerwijderenEen heel goed idee om kinderen aan te raden te lezen en te luisteren tegelijk, dat doe ik ook. Al heb ik als lerares Nederlands ook graag dat ze af en toe een extra inspanning doen en het zich niet te gemakkelijk maken. Daarna volgt de beloning, lekker lang luisterlezen: een DAISY-boek en een 'echt' boek erbij!